Datakwaliteit grote uitdaging voor pensioensector in transitie naar nieuwe stelsel

De Nederlandse pensioensector staat voor een flinke uitdaging met de aanstaande invoering van de Wet Toekomst Pensioenen, het nieuwe pensioenstelsel dat per 1 juli 2023 van kracht wordt. Een belangrijk aandachtspunt daarbij is de datakwaliteit van de pensioenadministraties en de specifieke expertise die pensioenorganisaties in huis moeten halen om die datakwaliteit te waarborgen. In een toch al krappe arbeidsmarkt hebben zij de komende jaren een toenemende behoefte aan specialisten als IT- en data-analisten en communicatieadviseurs. We spraken over dit onderwerp met Bianca van Tilburg van HVG Law en Jennifer Allermann van EY. Van Tilburg en Allermann werken samen in een multidisciplinair team dat de pensioenmarkt bedient. Van Tilburg heeft daarin de rol van Sectorleider Pensioenen voor HVG Law en EY, Allermann is expert op het gebied van Data Management, Data Strategie en Data Risico. Samen pleiten zij voor een betere datakwaliteit van pensioenadministraties: ‘Datakwaliteitsmanagement moet structureel onderdeel zijn van het bedrijfsproces van pensioenorganisaties.’

"Terwijl de kwaliteit van data heel belangrijk is bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel, want garbage in is garbage out."

Normenkader

Vanwege de nieuwe pensioenwetgeving die halverwege volgend jaar ingaat is er voor het onderwerp datakwaliteit momenteel veel aandacht in de pensioensector. Op 1 januari 2027 is het zogenoemde (uiterlijke) invaarmoment, waarop de huidig opgebouwde pensioenaanspraken en rechten worden ingebracht in het nieuwe pensioenstelsel met persoonlijke pensioenvermogens. Van Tilburg: ‘Die aandacht is best vreemd, want de eis om de data op orde te hebben is er vanuit de pensioenwet al heel lang. In 2011 is hier via Quinto P aandacht aan besteed. Het valt onder beheerste en integere bedrijfsvoering, maar dat is een vrij brede term. De Nederlandsche Bank (DNB) heeft dan ook geconstateerd dat voor de aanstaande transitie de datakwaliteit nog niet bij alle pensioenfondsen op orde is. Terwijl de kwaliteit van data heel belangrijk is bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel, want garbage in is garbage out.’

Maar wanneer is de data juist? ‘De Pensioenfederatie heeft samen met de pensioensector een bepaald normenkader opgesteld. Alleen richt zich dat normenkader meer op het proces en niet zozeer op de (juistheid van) data zelf. Toen is DNB met de Pensioenfederatie in gesprek gegaan en vervolgens heeft DNB zelf de handschoen opgepakt om meer te kijken naar de inhoudelijke normering voor de datakwaliteit. Wat in de nieuwe pensioenwet wordt opgenomen, is dat de datakwaliteit voor, tijdens en na de transitie op orde moet zijn, waarbij ook een rol is weggelegd voor de accountant. Die heeft echter wel een normenkader nodig om een oordeel te kunnen geven over de kwaliteit van de data. Het is de bedoeling dat alle opgebouwde pensioenaanspraken en rechten worden ingevaren in het nieuwe stelsel. DNB moet daar een controle op uitoefenen en is natuurlijk veel comfortabeler als er straks een verklaring bij zit van een accountant, waaruit blijkt dat de data gecontroleerd is en wat de stand van zaken is.’

Van Tilburg vervolgt: ‘Wat er onder andere nieuw is aan de Wet Toekomst Pensioenen, is dat de eisen rondom datakwaliteit specifiek in de wetgeving wordt vastgelegd. In de huidige pensioenwet valt dat onder de integere en beheerste bedrijfsvoering, dus is het niet expliciet benoemd. Maar als die wetgeving er doorkomt, is daarmee nog niet het normenkader vastgelegd. Terwijl accountants graag willen weten hoe en waarop zij die datakwaliteit moeten gaan controleren. Dat normenkader is een belangrijke nadere invulling van wat er in de nieuwe wetgeving staat.

 Vanwege de transitie naar het nieuwe stelsel moet ieder pensioenfonds een implementatieplan ter goedkeuring overleggen aan DNB. Allermann: ‘Als je als pensioenfonds je datamanagement en datakwaliteitsmanagement al goed hebt ingericht, dan hoef je waarschijnlijk minder aanvullende datakwaliteitsactiviteiten uit te voeren specifiek voor de transitie, waardoor je pluspunten hebt voor je implementatieplan.’ De grote uitdaging voor veel pensioenfondsen is hoe te zorgen dat die datakwaliteit voor het invaren op uiterlijk 1 januari 2027 op het vereiste niveau is, maar daarna houdt het natuurlijk niet op. De uitdaging is ook om te zorgen dat die kwaliteit op lange termijn is gewaarborgd, zodat de pensioendeelnemers krijgen waar ze recht op hebben.

"De uitdaging is ook om te zorgen dat die kwaliteit op lange termijn is gewaarborgd, zodat de pensioendeelnemers krijgen waar ze recht op hebben."

Capaciteitsprobleem

Naast meer structurele aandacht van pensioenorganisaties voor datakwaliteit, pleit Allermann voor het creëren van meer betrokkenheid van pensioendeelnemers zelf. ‘Door de transitie gaan we toe naar individuele pensioenpotjes, wat meer interactie met en betrokkenheid van de deelnemers vereist. Wellicht gaat het onderwerp daardoor meer bij hen leven. Een groot gedeelte van de maatschappij is inmiddels redelijk digitaal zelfredzaam, maar nog niet iedereen. Daarnaast loopt de financiële zelfredzaamheid bij een groot deel van de Nederlanders achter.’ Van Tilburg vult aan: ‘De sector moet aan de slag om mensen betrokken te krijgen en een noot kraken over hoe je de controle op data aan de kant van de deelnemers vergroot.’

 Van Tilburg: ‘De grootste uitdaging van de transitie die we ingaan is capaciteit, er moet straks heel veel werk gedaan worden in een beperkte tijd. Op mensen die zich bezighouden met de inrichting van IT-systemen wordt een groot beroep gedaan en ook op partijen zoals wij. Daarnaast hebben DNB en de AFM (Autoriteit Financiële Markten) veel extra mensen nodig. Zij krijgen tientallen miljoenen erbij om mensen aan te nemen, maar ook om externe capaciteit aan te trekken om ze te helpen bij alle beoordelingen. De arbeidsmarkt is natuurlijk supergoed voor deze mensen. Kan de pensioensector ervoor zorgen dat zij voldoende data-analisten en IT-specialisten aantrekken die het werk kunnen en willen doen?’

 ‘Ook aan de bestuurderskant hebben we straks andere expertise nodig om de juiste vragen te kunnen stellen over de onderwerpen waar het echt om gaat. Je ziet nu dat de expertise van bestuurders vooral heel financieel gericht is; actuariële kennis staat heel hoog in het vaandel, kennis van beleggingen wordt heel hoog aangeschreven. Maar zaken als IT, data,  cyber security en communicatie worden straks veel belangrijker. Het financiële aspect wordt minder spannend; het zijn potten met geld, daar zit een kapitaal in, er is geen dekkingsgraad meer.’

 Van Tilburg en Allermann zijn van mening dat samenwerking tussen pensioenorganisaties wellicht een oplossing kan zijn om uitdagingen zoals de datakwaliteit en de personele capaciteit het hoofd te bieden in de transitieperiode, maar ook zeker daarna. Van Tilburg: We geloven dat de kracht in de samenwerking zit. De administratie moet op orde zijn, dat is een hygiënefactor. Als je dat samen doet, druk je de kosten en kunnen pensioenuitvoerders alle tijd en aandacht besteden aan dienstverlening aan de deelnemers. Heel belangrijk, want hun pensioen moet kloppen en ze moeten er vertrouwen in hebben dat hun pensioen in goede handen is.’

"De grootste uitdaging van de transitie die we ingaan is capaciteit, er moet straks heel veel werk gedaan worden in een beperkte tijd."

Meer whitepapers

We vertellen je graag meer over hoe we bij Kayak werken en hoe we jou of jouw organisatie verder kunnen helpen.

© 2024 Kayak